In gesprek over de opvoeding: op weg naar een praktisch hulpmiddel

Student:             Lena Slaterus
Opleiding:          Postmasteropleiding orthopedagoog-generalist, Opleidingsinstituut PPO 
Jaar:                    2021
Cijfer:                  9

Struikelblok
Praten over een zorgelijke opvoedsituatie is vaak niet makkelijk. Dat vinden zowel ouders en opvoeders met een licht verstandelijke beperking (LVB) als hulpverleners. Vooral lastige, abstracte begrippen als emotionele veiligheid, stabiliteit, responsiviteit en ontwikkeling vormen nogal eens een struikelblok.

Wat bedoel je?
Ouders met een LVB begrijpen soms niet wat met abstracte begrippen wordt bedoeld of ze geven er een andere invulling aan dan de hulpverlener. Met een passend hulpmiddel kan de hulpverlener uitleggen wat het begrip betekent en wat van ouders wordt verwacht. Ook is er zo meer sprake van gelijkwaardigheid en echte samenwerking. Maar zijn ze er, die passende hulpmiddelen?

Welke hulpmiddelen gebruiken hulpverleners?
Lena Slaterus is gedragskundige bij Alliade en volgde de postmasteropleiding tot orthopedagoog-generalist. Voor het onderdeel Evidence Based Practice sloot ze aan bij het PWO-onderzoek Opvoeden doe je samen. Hierbinnen onderzocht ze welke hulpmiddelen hulpverleners gebruiken om moeilijk grijpbare onderwerpen in gesprekken over de opvoedsituatie te verduidelijken en concretiseren.


Samenvatting

  • Wat was de aanleiding voor het onderzoek?

    Wat draagt bij aan een constructief gesprek?
    In een eerdere fase van het hoofdonderzoek Opvoeden doe je samen is onderzocht wat hulpverleners en ouders en opvoeders met een LVB belangrijk vinden in de opvoeding en wat volgens hen kan bijdragen constructieve gesprekken over de opvoedsituatie. Een van de bevindingen was dat hulpverleners en ouders en opvoeders met een LVB lang niet altijd dezelfde invulling geven aan abstracte begrippen zoals emotionele ontwikkeling en emotionele veiligheid. Een andere bevinding was dat ouders ervarend willen leren en duidelijk willen weten wat van hen wordt verwacht.

    Overzicht van hulpmiddelen
    Hierdoor ontstond behoefte aan een overzicht van hulpmiddelen waarmee hulpverleners lastige begrippen kunnen toelichten en concretiseren, zodat ouders beter begrijpen wat wordt bedoeld. Daarom inventariseerde Lena samen met hoofdonderzoeker Carola welke hulpmiddelen hulpverleners voor dit doeleinde al gebruiken en welke zij nog missen.

  • Wat is de onderzoeksvraag?

    Hoofdvraag
    Welke (hulp)middelen zetten ambulante hulpverleners in om emotionele veiligheid, stabiliteit, responsiviteit en ontwikkeling uit te leggen aan ouders en opvoeders met een LVB?

    Deelvragen

    • Worden ouders betrokken bij de keuze voor het in te zetten hulpmiddel?
    • Missen hulpverleners nog hulpmiddelen? Zo ja: waarover?
  • Hoe is het onderzoek uitgevoerd?

    Lena en hoofdonderzoeker Carola stelden samen een enquête op, die ze vervolgens hebben uitgezet onder verschillende professionals in de ambulante gezinshulpverlening. 26 hulpverleners voldeden aan de voorwaarden om de enquête in te vullen; ze werken met ouders met een LVB en bijkomende problematiek én maken tijdens gesprekken gebruik van hulpmiddelen.

  • Wat is de eindconclusie?

    25 verschillende hulpmiddelen
    De hulpverleners die aan de enquête meededen, noemden gezamenlijk 25 verschillende hulpmiddelen die ze inzetten om de begrippen emotionele veiligheid, stabiliteit, responsiviteit en ontwikkeling uit te leggen aan ouders en opvoeders met een LVB. Het is echter niet duidelijk hoe vaak en op welke manier ze deze hulpmiddelen gebruiken in gesprekken over de opvoedsituatie.

    Samenwerken belangrijk
    De meeste hulpverleners (19) gaven aan dat samenwerken met ouders belangrijk is. Dit sluit aan bij de bevindingen uit eerder literatuuronderzoek en uit eerdere interviews met hulpverleners en ouders en opvoeders met een LVB.

    Doorontwikkeling nodig
    Op de vraag of er hulpmiddelen ontbreken, gaven de hulpverleners zowel abstracte als meer concrete antwoorden waaruit blijkt dat er een brede behoefte is aan de doorontwikkeling van verschillende hulpmiddelen.

  • Wat is de meerwaarde van dit onderzoek voor de cliënt, verwant en zorgmedewerker?
    • Het onderzoek maakt duidelijk dat nog (te) weinig hulpverleners visuele ondersteuning gebruiken om abstracte gespreksonderwerpen toe te lichten voor ouders en opvoeders met een LVB.
    • Het onderzoek draagt bij aan het overzicht van hulpmiddelen die gesprekken over de opvoedsituatie tussen hulpverleners en ouders en ovoeders kunnen verbeteren.
    • Het overzicht van beschikbare hulpmiddelen kan gezinnen helpen meer regie te krijgen over de zorg die ze ontvangen.
  • Welke aanbevelingen zijn er voor de praktijk?

    Opmerkelijk: laag gebruik van hulpmiddelen
    Het is opmerkelijk dat van de 50 hulpverleners die de enquête invulden bijna de helft (24) afviel omdat ze aangaven dat ze geen gebruik maken van hulpmiddelen tijdens gesprekken met ouders en opvoeders met een LVB over de opvoedsituatie. Het is algemeen bekend dat het deze doelgroep erg kan helpen als de verbale communicatie wordt ondersteund met visualisaties.

    Is er voldoende aansluiting?
    Wanneer hulpverleners dit belangrijke onderdeel in de communicatie niet toepassen, rijst de vraag of ze voldoende kunnen aansluiten bij ouders en opvoeders met een LVB. Niet goed aansluiten kan openheid en samenwerking in de weg staan en het kan onbegrip en weerstand oproepen bij ouders en opvoeders.

    Bewustwording en scholing
    Het lijkt dan ook wenselijk dat hulpverleners zich meer bewust worden van het belang van hulpmiddelen en dat ze de juiste scholing en training krijgen om hulpmiddelen laagdrempelig toe te passen en ze als wezenlijk onderdeel van hun werk te zien.


Documenten

Hoofdgebied
Jeugdzorg
Onderzoekslijn(en)
LVB
  • Delen